Of sociale huurders gemaakte schulden door de coronacrisis weer weg kunnen werken is nog maar de vraag
Hoe gaan de sociale huisvestingsmaatschappijen om met de coronacrisis? Met deze vraag telefoneerde Decenniumdoelen naar twee grote sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM).
De directeur van SHM De Ideale Woning Gert Eyckmans legt ons uit dat ze na de sluiting van hun kantoren een analyse hebben gemaakt van de meest kwetsbare groepen huurders: alleenstaand en +65, koppels van +65 zonder familie, alleenstaanden met kinderen en mensen die al voor de crisis betalingsmoeilijkheden hadden waren de meest in het oog springende doelgroepen. “Uit onze analyse blijkt dat als je al deze verschillende groepen optelt uitkomt op 3/4de van ons totaal aantal huurders” stelt Eyckmans. Dat komt neer op 2000 gezinnen die door de werknemers van De Ideale Woning zullen worden opgebeld. In normale tijden is dit geen taak voor een SHM, maar door het wegvallen van een aantal taken is er nu tijdsruimte voor. De Ideale Woning betrok hierbij OCMW’s en Samenlevingsopbouw en keek welke initiatieven er al ontwikkeld worden. “Als wij een probleem binnen een gezin merken, kunnen we het op deze manier direct aan de andere instanties doorgeven. Alle andere Ideale-Woning-huurders krijgen het bericht dat ze eveneens kunnen bellen wanneer ze nood hebben aan een babbel.”
In de huurwoningen worden enkel nog maar essentiële onderhoudswerken uitgevoerd zoals een kapotte verwarming. Andere herstellingen zijn zich aan het opstapelen voor na de crisis. De woonkwaliteit boet verder in, en dat in quarantainetijden. Ook blijft het gissen naar de omvang van de crisis: de huurgelden van de maand maart zijn nog aan het binnenlopen, het werkelijke effect zal pas te zien na de maandwissel in mei. Een ander probleem is dat het verhuurproces stil ligt, van het bezichtigen van een woning tot en met het tekenen van een contract: alles moet opgeschoven worden. Voor mensen die al lang op de wachtlijst betekent dit nog maar eens meer uitstel. De Ideale Woning zag de voorbije twee jaar al een sterke toename van die wachtlijst en verwacht door de aankomende recessie nog verdere toenames. Naast die wachtlijsttoename is Eyckmans zijn grootste vrees dat “het doelpubliek van sociale huisvesting niet sterk genoeg is om de gemaakte schulden na de crisis weer weg te werken”.
Een groot deel van onze huurders hun jaarinkomen bedraagt minder dan 13.000 euro bruto. Kleine tegenslagen hebben dan al snel grote gevolgen
Een andere grote sociale huisvestingsmaatschappij is WoninGent met meer dan 8100 huurders. Als reactie op social distancing regel zijn zij zelf met de term social hugging gekomen. “Het is onze ambitie om al onze kwetsbaarste huurders telefonisch te contacteren. Deze actie is op poten gezet door onze sociale dienst. Zij kennen de verschillende kwetsbare groepen binnen onze huurders. Er gaat bij deze actie extra aandacht naar ouderen, alleenstaanden, gezinnen met jonge kinderen, mensen die de taal niet goed beheersen, psychisch kwetsbaren, mensen met een beperking en jongeren. “zegt manager Bewonerswerking Gery Smismans.
Naast praktische antwoorden bieden deze telefoontjes vooral een luisterend oor voor de huurders. Dit soort begeleiding vergt ervaring en gebeurt enkel door de wijkmonitoren van de sociale dienst van WoninGent. Ze hebben op deze manier al zo’n 800 oproepen kunnen doen. Smismans merkt op dat niet enkel huurders die rechtstreeks door de corona-maatregelen hun inkomen zien verminderen, in de problemen komen, maar dat ook indirecte kosten zoals een verminderd aanbod aan huismerken in winkels of de sluiting van voedselbanken leidt tot financiële zorgen. “ Het jaarinkomen van een groot deel van onze huurders bedraagt minder dan 13.000 euro bruto. Kleine tegenslagen hebben dan al snel grote gevolgen. We zien bij de huurbetalingen van maart al effectief het effect van deze crisis. Bij dit soort problemen gaan wij altijd eerst in dialoog met de huurder en bieden wij begeleiding aan, of ook een afbetalingsplan indien nodig. We doen dit in goede samenwerking met het OCMW, die bijvoorbeeld ook budgetbeheer kan aanbieden”.
De goede samenwerking tussen WoninGent en andere instanties zoals het OCMW of het CAW is niets nieuws. Ook voorheen waren er goede afspraken, bijvoorbeeld rond huisbezoeken of begeleiding van huurders. Een ander voorbeeld is de verdeling van 120 voedselpakketten gecoördineerd door Buurtwerk en Straathoekwerk, waarbij de vrijwilligers van WoninGent een handje mee hielpen. Het is ook deze blijvende vorm van samenwerking en communicatie tussen verschillende diensten die Smismans zo prijst. “ Veel sociale organisaties en initiatieven van de stad Gent hebben getoond dat solidariteit met elkaar leidt tot efficiënter werk. Laat dit een les zijn die we uit de crisis kunnen trekken.”